Een werknemer maakt met een collega de binnenkant van een bedrijfsbus schoon. Als de man uit de laadruimte stapt, glijdt hij uit en raakt gewond. De werknemer stelt dat hij uitgleed, omdat hij de bus met water en zeep schoonmaakte. De werkgever ontkent dat er sprake was van een bedrijfsongeval en vindt daarnaast dat haar geen verwijt kan worden gemaakt.
De rechter wijst de vordering uiteindelijk toe. Uit verklaringen van collega’s blijkt dat de werknemer viel bij het schoonmaken van een bedrijfsbus, daarom is er sprake van een bedrijfsongeval. De werkgever kan niet aantonen dat alle redelijke maatregelen zijn genomen om dit bedrijfsongeval te voorkomen en is daarom aansprakelijk voor de letselschade.
Gratis rechtsbijstand na een bedrijfsongeval
Werknemer valt door gladheid bij schoonmaken bedrijfsbus
Een collega verklaart dat hij met zijn rug naar het slachtoffer toe stond. Hij heeft dus niet gezien hoe het slachtoffer viel, maar wel dat hij is gevallen. Een andere collega arriveerde kort na het ongeval. Een derde collega verklaart dat er die avond telefonisch is gesproken over het ongeval. De rechter stelt op grond van deze verklaringen vast dat er sprake is geweest van een bedrijfsongeval waarbij het slachtoffer gewond raakte:
‘Op basis van het samenstel van de verschillende verklaringen neemt het hof als vaststaand aan dat [appellant] is uitgegleden en dat dat is gebeurd tijdens het schoonmaken van de bus. Dat [appellant] inmiddels klaar was met het feitelijke schoonmaakwerk en op het punt stond de bus uit te stappen dan wel net de bus was uitgestapt, neemt niet weg dat ook het onderdeel van het probandum “tijdens het schoonmaken van de vloer” is bewezen.’
Werkgever doet onvoldoende om te voorkomen dat werknemer uitglijdt
De werknemer bewijst na een bedrijfsongeval dat er tijdens het werk letsel is ontstaan. Als dit bewijs is geleverd, moet de werkgever bewijzen dat alle redelijke maatregelen zijn genomen om dit ongeval te voorkomen. In dit geval concludeert de rechter dat de werkgever onvoldoende maatregelen nam om uitglijden bij het schoonmaken van de bus te voorkomen:
‘ ICS heeft niet toegelicht welke maatregelen zij heeft getroffen en welke aanwijzingen zij heeft gegeven ter voorkoming van specifiek het gevaar van uitglijden bij het uitstappen van de bus en het betreden van de vloer van de wasstraat. Nu, als gezegd, de stelplicht en bewijslast op ICS rusten, moet ook voor deze mogelijke gang van zaken worden geoordeeld dat ICS niet naar behoren aan haar zorgplicht heeft voldaan.’
Herhaalde handelingen zijn geen huis-, tuin- en keukenongevallen
Dat zeep gladheid veroorzaakt, is bekend. Hoe iemand uit de laadruimte van een auto stapt, is over het algemeen geen handeling waarvoor instructies nodig zijn. Als alledaags handelingen regelmatig worden uitgevoerd, neemt de oplettendheid af en het gevaar toe. Werkgevers moeten daarom ook maatregelen nemen voor alledaagse handelingen waarvan het gevaar bekend is.
Gratis rechtsbijstand en advies na een bedrijfsongeval
Bel naar 0800 44 55 000, stuur een e-mail naar info@letselschadeadvocaat.nl of vul het onderstaande contactformulier in.
Bron: www.rechtspraak.nl Gerechtshof Den Haag 11 maart 2025, ECLI:NL:GHDHA:2025:309