Een vrouw fietst in een appartementencomplex van een hellingbaan naar beneden om haar fiets te stallen in een parkeergarage. De hellingbaan is glad. Als de vrouw remt, valt zij. De vrouw stelt de VVE aansprakelijk voor haar letselschade en eist een schadevergoeding.
De rechtbank Oost-Brabant beoordeelt of de VVE aansprakelijk is voor de letselschade die ontstond toen de vrouw viel in de gezamenlijke parkeergarage.
Uiteindelijk wijst de rechter de vordering toe. Door de gladde hellingbaan was de kans op een ongeval met letsel groot. De VVE was bekend met deze gladheid en ondanks eerder ongevallen zijn er geen maatregelen genomen.
Aansprakelijkheid VVE voor ongeval in de gezamenlijke ruimtes
Bij appartementen worden de gezamenlijke gedeeltes beheerd door een Vereniging Van Eigenaren (VVE). De VVE is aansprakelijk voor letselschade die ontstaat door een gebrek in of aan de gezamenlijke ruimtes. Daarnaast kan de VVE aansprakelijk zijn voor een gevaarlijke situatie in de gezamenlijke ruimtes.
Wanneer is een VVE aansprakelijk voor gevaarzetting?
Bij gevaarzitting toetsen we aan de criteria uit het kelderluikarrest. Daarbij is onder andere van belang hoe groot de kans is op een ongeval met letsel en welke maatregelen het ongeval hadden kunnen voorkomen.
Kans op ongevallen met ernstig letsel
Als het regende was de ingang van de parkeergarage glad. Daardoor was er een verhoogde kans op valpartijen van fietsers. Als een fietser valt kan er ernstig letsel ontstaan. In dit geval is er daarom sprake van gevaarzetting. De kans op ongevallen en letsel is immers groot:
‘De VVE wist dus dat er zonder extra alertheid bij de fietsers een (verhoogde) kans was op ongevallen op de hellingbaan. En hoewel veel eenzijdige fietsongevallen goed aflopen, moest de VVE beseffen dat een val met de fiets ook tot ernstig letsel kan leiden.’
VVE moet waarschuwen voor bekende gladheid
Naar aanleiding van de eerder ongevallen vroeg de VVE een offerte aan om de vloer bij de ingang stroever te maken. Deze kwam uit op € 23.000,–. Daarbij is wel alleen gekeken naar de totale rijbaan en niet alleen naar een strook voor fietsers. De VVE heeft afgezien van het aanbrengen van een minder glad oppervlak. In het verslag van de vergadering is wel opgenomen dat bewoners voorzichtig moesten zijn. Het slachtoffer woonde destijds niet in het complex en was dus niet van dit verslag op de hoogte. Of het nemen van maatregelen te duur was, kan verder in het midden blijven, omdat de VVE eenvoudig met een bord had kunnen waarschuwen voor gladheid:
‘Het aanbrengen van een waarschuwingsbord, zoals nadien is gebeurd, was een eenvoudige en weinig kostbare maatregel die de VVE direct had kunnen nemen en naar het oordeel van de rechtbank ook minimaal had moeten nemen, gegeven haar bekendheid met de risico’s.’
Welke schadevergoedingen zijn er mogelijk na een ongeval in een gezamenlijke ruimte van een woning?
In dit geval is de VVE aansprakelijk voor de gevaarlijk gladde inrit van de parkeergarage. Bij huurappartementen kan de verhuurder in dat geval aansprakelijk zijn. Ook een bewoner, aannemer of andere partij kan aansprakelijk zijn voor het creëren of laten voortbestaan van een gevaarlijke situatie in een gemeenschappelijke ruimte. Denk bijvoorbeeld aan het veroorzaken van gladheid op een galerij of het open laten staan van een kelderluik.
Is een gladde ingang van een parkeergarage gebrekkig?
De eiser doet een beroep op artikel 6:162 (gevaarzetting/onrechtmatige daad) en op artikel 6:174 BW (gebrekkig opstal). De eigenaar van een pand is op grond van artikel 6:174 aansprakelijk voor schade die ontstaat door een gebrek aan het pand. Om te beoordelen of er sprake is van een gebrek beoordelen we of het pand voldoet aan de eisen die we daar in de gegeven omstandigheden aan mogen stellen. Omdat er al sprake is van aansprakelijkheid op grond gevaarzetting beoordeelt de rechter niet of er sprake is van een gebrek.
Gratis rechtsbijstand bij letselschade
Bel naar 0800 44 55 000, stuur een e-mail naar info@letselschadeadvocaat.nl of vul het onderstaande contactformulier in.
Bron: www.rechtspraak.nl Rechtbank Oost-Brabant 9 november 2021, ECLI:NL:RBOBR:2021:5993